We krijgen de laatste tijd nogal eens de uitspraak van Jezus te horen die Hij heeft uitgesproken in de bergrede. Het staat opgeschreven in Mattheüs 7:22 en 23.
“Veel mensen zullen op die dag tot Mij zeggen: Heere, Heere! hebben wij niet in Uw Naam geprofeteerd en in Uw Naam duivelen uitgeworpen en in Uw Naam vele krachten gedaan? En dan zal Ik hun openlijk aanzeggen: Ik heb u nooit gekend; ga weg van Mij, u die de ongerechtigheid werkt!”
Mattheüs 7:22-23
Men suggereert daarmee dat degene die tijdens hun leven demonen hebben uitgeworpen en krachten hebben gedaan, voor de dichte deur komen te staan. Alsof dit gelijk zou staan aan ‘werken van ongerechtigheid’
Wat is nu de betekenis?
Ik wil proberen duidelijk te maken wat de werkelijke betekenis van deze verzen is. Om dit te doen is het uiteraard noodzakelijk dat we deze verzen in de context moet lezen van de hele bergrede! Jezus spreekt deze woorden uit aan het eind van zijn toespraak. Dat houdt dus in dat deze verzen in de context staan met het voorgaande onderwijs. Ik noem hier onderwijs, omdat, toen Jezus klaar was met zijn toespraak, de toehoorders versteld stonden van hetgeen Hij leerde.
In de context
Om in de context te begrijpen waar het om gaat, moeten we de reden even aangeven waarom veel mensen voor de dichte deur komen te staan! Jezus zegt…; “Ik heb u nooit gekend, u die in ongerechtigheid leeft!“ Het is duidelijk waar het om gaat. Mensen die in ongerechtigheid leven! Dus gaan we kijken of dat woord nog vaker voorkomt in de Bergrede. Er zijn een aantal teksten die daar direct aan verbonden zijn. Allereerst in de zaligsprekingen:
“Zalig zijn zij, die hongeren en dorsten naar de gerechtigheid; want zij zullen verzadigd worden.”
Mattheüs 5:6
Dan wordt er gesproken over de mensen die vervolgd worden, omdat ze het goede doen.
Mattheüs 5:10 “Zalig zijn zij die vervolgd worden om de gerechtigheid wil; want voor hun is het Koninkrijk der hemelen.”
Mattheüs 5:10
Hier zien we dus de tegenstelling…. Jezus zegt dat mensen die gerechtigheid doen en daarom vervolgd worden, zalig zullen zijn! Ook in het oude testament wordt veel over gerechtigheid gesproken!
De vergelijking met de Farizeeën
“Want Ik zeg u: Tenzij uw gerechtigheid overvloediger zal zijn, dan die van de Schriftgeleerden en Farizeeën, dat u in het Koninkrijk der hemelen zeker niet zult ingaan.”
Mattheüs 5:20
De Farizeeën waren mensen die overal kritiek op hadden en anderen zware wettische lasten oplegden. Johannes de Doper noemde ze “Addergebroed”. Het waren mensen die van buiten vroom waren en van binnen was er eerzucht, hebzucht en onreinheid, ze wilden zich daarvan niet bekeren! Jezus maakt duidelijk dat, als we het niet beter doen dan deze Farizeeën, we niet in het koninkrijk der hemelen zullen komen. Dus voor een dichte deur komen te staan! Het wordt dus echt duidelijk, dat degene die in ongerechtigheid leven niet zullen binnengaan!
Zoek eerst het koninkrijk Gods!
“Maar zoekt eerst het Koninkrijk Gods en Zijn gerechtigheid, en En zijn gerechtigheidal deze dingen zullen u toegeworpen worden.”
Mattheüs 6:33
Deze uitspraak wordt veel gehoord, maar meestal wordt deze dan beperkt door alleen het eerste te noemen. “Zoek eerst het koninkrijk Gods en al het andere zal je gegeven worden” Regelmatig merk ik dat de uitspraak “en zijn gerechtigheid” achterwege gelaten wordt. Jezus maakt duidelijk wat gerechtigheid is. Ik wil even beklemtonen wat Jezus zoal heeft gezegd.
Het zout der aarde en licht der wereld
Jezus zegt ons “het zout der aarde” te zijn. Zoals zout een conserverende werking zout der aardeheeft en bederf tegen gaat, zo horen wij te leven in deze wereld. Als we gewoon dezelfde dingen doen die de ongelovigen ook doen, zullen we onze kracht verliezen en geen nut hebben in deze verdorven wereld. Hij heeft het over “een licht in de wereld” te zijn. Hij gebruikt het voorbeeld van een stad op een berg dat voor iedereen zichtbaar is, of een lamp op een standaard, zodat het licht zich verspreidt in de kamer. Zo horen wij als Gods kinderen, als een stad op een berg, ook ons licht te laten schijnen voor de mensen, opdat ze de goede werken mogen zien! Daarbij waarschuwt Jezus uitdrukkelijk in hfst 6:1: ”Ziet toe dat je je gerechtigheid niet doet voor mensen, om door hen opgemerkt te worden!” Zo van… zie mij eens even….! Jezus zegt, als je zoiets doet heb jij, je loon al hebt gekregen! Een prachtige tekst die dat weergeeft is de uitspraak van Paulus in Handelingen. Daar staat dat we werken horen te doen Waardig de roepingde bekering waardig!
“Maar ik heb eerst diegenen, die te Damaskus waren en te Jeruzalem en in het gehele land van Judéa en de heidenen verkondigd, dat zij zich zouden beteren en tot God bekeren, werken doen de bekering waardig.”
Handeling 26:20
Of hier:
“Als gevangene in de Here, vermaan ik u dan te wandelen waardig de roeping, waarmee u geroepen bent!”
Efeze 4:1
De wil van de Vader
Laten we terug gaan naar de tekst waar het feitelijk omdraait…. Jezus zegt: “Niet iedereen die zegt Here, Here zal het Koninkrijk der Hemelen binnen gaan, maar die daar doet de wil van de Vader! De voorwaarde is dus het uitvoeren van wat de Vader wil! En niet het uitroepen van Here, Here! Nu staan er mensen voor de “poort” en kunnen niet naar binnen. Blijkbaar, omdat ze ‘de wil van de Vader’ niet gedaan hebben. Ze beginnen zich te verontschuldigen en te zeggen; Ja maar….., hebben we niet in uw naam geprofeteerd en duivelen uitgeworpen!? Vertaald naar deze tijd, zouden ze ook gezegd kunnen hebben; ‘Ja maar…. Ik heb altijd in de raad gezeten van de gemeente!’ of ‘ik ben Dominee geweest!’ of ‘ik ga elke zondag naar de kerk! We zouden dit nog aan kunnen vullen met talloze andere argumenten… Zelfs als we zeggen dat we in zijn naam krachten en wonderen hebben gedaan!! Het genezen van zieken en uitdrijven van demonen geven ons geen toegang tot het koninkrijk van God!! Dit is dus allemaal mogelijk, terwijl we in ongerechtigheid leven! En Jezus zal zeggen: ‘Ik heb u nooit gekend, u werkers van de ongerechtigheid!”. Ongerechtigheid is het argument om iemand te weren in het koninkrijk van God!
Bouwen op een fundament
Jezus maakt het daarna nog duidelijker door te zeggen dat “Iedereen die deze woorden van mij hoort en ze doet (de wil van de Vader), zal lijken op een verstandig man die zijn huis bouwde op de Rots. Maar die hoort en niet doet zal lijken op een dwaas man, die zijn huis bouwt op het zand! De slagregens komen……? Het huis op de rots blijft staan!” Maar het huis op het zand zal wegzakken, instorten of wegspoelen! Het gaat dus niet om het huis dat je bouwt maar om het fundament waarop op je bouwt! Het huis kan nog zo stevig zijn, maar als het niet op een goed fundament staat, zakt het toch weg! Zie de afbeelding…! Ooit een keer gezien op een strand, in de buurt van Bordeaux. Een gigantische zware bunker van meer dan een meter dik beton, maar het had geen fundament! Het was op het zand gebouwd. Het fundament is; ‘te doen de wil van de Vader!’ Dit alles begint bij waarachtige bekering. Wat tot gevolg heeft dat we een leven leiden die ook laat zien dat we ons bekeerd hebben en te doen de wil van de Vader!
Ik wens jullie daarbij allemaal Gods zegen toe!